AED staat voor Automatische Externe Defibrillator.

In Nederland worden jaarlijks ruim 16.000 mensen getroffen door een plotselinge hartstilstand. Sterfgevallen waarvan een fiks aantal voorkomen had kunnen worden als in de nabijheid een AED aanwezig was geweest.
De gemiddelde overlevingskans bij een hartstilstand is 5 – 10 %.
Overlevingskans met een snelle inzet van een AED is 70 %.

Waarom een AED? Een AED redt levens!

• de AED herkent het hartritme
• de AED helpt de hulpverlener
• de overlevingskans vergroot enorm

Het elektrisch systeem in het hart functioneert niet meer. Het hart staat onverwachts stil.
Vaak als gevolg van een hartinfarct. In 80% van de gevallen is een chaotisch ritme van de hartspier de oorzaak van de plotselinge dood. Het toedienen van een stroomstoot, ofwel defibrillatie, doet de overlevingskans aanzienlijk stijgen.
Defibrillatie houdt in dat men een hoeveelheid stroom door het hart stuurt, die de elektrische chaos in het hart tot stilstand brengt. Hierna kan het hart weer in een normaal ritme gaan kloppen. Het succes van defibrilleren neemt sterk af naarmate men langer wacht met het aansluiten van een AED.
Als vrijwilligers gebruik kunnen maken van een AED is de overlevingskans nog groter. Het apparaat geeft het slachtoffer indien nodig een stroomstoot, waardoor de circulatie weer hersteld kan worden. Voor de bediening van het apparaat en om te weten wat het apparaat kan is een cursus zondermeer noodzakelijk.

Een AED is een draagbaar toestel dat wordt gebruikt bij een persoon met een circulatiestilstand, waardoor op een geautomatiseerde manier een elektrische schok wordt toegediend, met als doel het hart weer in een normaal ritme te brengen. Een AED is geen hartmassageapparaat. Een AED geeft echter een elektrische schok en geen hartmassages. Bij een persoon met een circulatiestilstand is het toedienen van hartmassage en beademen (reanimatie) door de hulpverlener van levensbelang, ook als een AED tijdens de reanimatie wordt ingezet.